
25 jul Verpandingsverbod is na 1 juli niet meer toegestaan
Vanaf 1 juli 2025 mogen bedrijven geen afspraken meer maken die de overdracht of verpanding van zakelijke geldvorderingen beperken of uitsluiten. Verpandingsverboden zetten een rem op de kredietverlening aan met name het midden- en kleinbedrijf. Nu het verpandingsverbod wordt afgeschaft, krijgen bedrijven meer ruimte om hun activiteiten te financieren.
In het Burgerlijk Wetboek (art. 3:83 lid 2) stond vóór 1 juli 2025 dat de overdraagbaarheid en de verpanding van vorderingsrechten door een beding tussen schuldeiser en schuldenaar kan worden uitgesloten. Daar wordt vaak gebruik van gemaakt, vooral in de bouw- en retailsector. Bedrijven zetten dan in hun contract dat een leverancier zijn vorderingen niet mag overdragen (‘cessie’) of verpanden. Zo willen ze voorkomen dat er onbekende partijen – zoals een bank – geld komen opeisen.
Concurrentiepositie
Als vorderingen niet kunnen worden verpand aan een kredietinstelling of overgedragen aan een factormaatschappij ter verkrijging van financiering, dan heeft dat economisch nadelige effecten. Dit wordt versterkt nu in omringende landen verpandingsbelemmeringen of -verboden gelden. Dit tast de concurrentiepositie van Nederland aan.
Nietig
Verpandingsverboden zijn na 1 juli 2025 niet meer toegestaan: dan worden voor bepaalde geldvorderingen cessie- en verpandingsverboden nietig verklaard. Dat betekent dat een leverancier zijn openstaande rekeningen (geldvorderingen) altijd mag overdragen of verpanden aan een bank of andere geldverstrekker. Dit mag dan als zekerheid voor een lening. Vanaf 1 oktober 2025 gelden de verpandingsverboden die vóór de ingang van de Wet opheffing verpandingsverboden zijn afgesproken niet meer.
Investeringen
Met de opheffing van het verpandingsverbod worden vorderingen in ruimere mate beschikbaar als onderpand bij financieringstransacties of ze kunnen worden overgedragen bij transacties als factoring. Met deze wet ontstaat meer ruimte voor investeringen, innovatie, werkgelegenheid en groei. Juist in economisch onzekere tijden is verruiming van kredietmogelijkheden en de liquiditeitspositie voor veel (mkb-)bedrijven van groot belang.