Ruimer kwijtscheldingsbeleid van het UWV voor NOW-schulden

Ruimer kwijtscheldingsbeleid van het UWV voor NOW-schulden

Voorheen hadden ondernemers zeer beperkte mogelijkheden om (buiten de WHOA) met het UWV tot een gedeeltelijke kwijtschelding van NOW-schulden te komen. Het UWV heeft het beleid nu aangepast, zodat kwijtschelding van NOW-schulden onder voorwaarden mogelijk is. In de praktijk is dit een belangrijke verbetering om buiten een WHOA om tot schuldsanering te komen.

NOW staat voor Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid. Met een voorschot konden ondernemers tijdens de coronacrisis werknemers met een vast of flexibel contract doorbetalen en in dienst houden. Zo bleven zoveel mogelijk banen behouden. Maar als het bedrag van het voorschot hoger is dan het bedrag van de definitieve tegemoetkoming, dan moet het verschil worden terugbetaald. Lukt terugbetalen niet in een keer, dan kan een betalingsregeling worden afgesproken. De terugbetaling kan dan worden gespreid over maximaal zestig maandelijkse termijnen. Ook kan uitstel van betaling worden aangevraagd voor maximaal twaalf maanden.

Vijf voorwaarden

De regeling voor kwijtschelding wordt nu aangepast. Kwijtschelding aanvragen kan in twee situaties: als de ondernemer zijn bedrijf wil beëindigen en openstaande schulden wil terugbetalen, en als ondernemers zonder schulden willen doorgaan met hun bedrijf. Om voor kwijtschelding in aanmerking te komen moet zijn voldoen aan vijf voorwaarden.

  1. De ondernemer moeten aantonen dat het afbetalen van de schulden het einde van het bedrijf zal betekenen. Dat moet wel goed worden onderbouwd. Ondernemers moeten met het verzoek om kwijtschelding ook stukken meesturen uit de boekhouding als bewijs van hun situatie. Het UWV onderzoekt deze stukken en beoordeelt of de ondernemer de NOW-schuld echt niet kan terugbetalen op het moment dat om kwijtschelding wordt gevraagd. Immers, mogelijk kan de tegemoetkoming op een later moment wel worden terugbetaald.
  2. De hoogte van de totale NOW-schuld moet duidelijk zijn.
  3. De financieel-economische situatie van het bedrijf is duidelijk. In het verzoek om kwijtschelding moet staan wat de liquidatiewaarde en de reorganisatiewaarde van het bedrijf is. Ook moet in het verzoek staan wat de huidige stand van zaken is én wat het toekomstperspectief van het bedrijf is.
  4. Er is een compleet overzicht van alle schuldeisers en alle schulden. Ondernemers moeten ook aangeven wat zij aan andere schuldeisers hebben voorgesteld om de schulden bij hen af te lossen, welke schulden en schuldeisers buiten het akkoord blijven en waarom.
  5. Er is geen sprake van fraude of misbruik van de tegemoetkoming NOW. Heeft de ondernemer gefraudeerd met de NOW of misbruik gemaakt van de tegemoetkoming, dan wordt het verzoek om kwijtschelding altijd afgewezen.