19 feb Bestuurder moet aandelen na bindend advies overdragen
Een geschil over de waarde van aandelen kan worden opgelost als de aandeelhouders instemmen met een bindend advies daarover door een externe deskundige. Maar een bindend advies is echt bindend: het moet worden nageleefd.
Een man en een vrouw houden beiden de helft van de aandelen in een vennootschap, waarvan zij ook de statutair bestuurders zijn. Tussen de BV en de vrouw bestaat, in verband met haar bestuurderschap, ook een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De man en vrouw hebben lange tijd een liefdesrelatie gehad maar nu die is geëindigd willen ze ook zakelijk uit elkaar gaan. De man wil de aandelen van de vrouw overnemen. Afgesproken wordt dat een externe deskundige de waarde van de aandelen bindend zal bepalen. Als deze tot een waardebepaling komt, vernietigt de vrouw het bindend advies buitengerechtelijk: ze heeft inhoudelijke en procedurele bezwaren tegen de waardebepaling. Vervolgens vordert de man dat de vrouw (op straffe van een dwangsom) haar aandelen binnen drie dagen aan hem levert. Ook wil de man dat de vrouw niet langer betalingen of rechtshandelingen namens de BV verricht.
Transparante procedure
Volgens de vrouw heeft de man informatie achtergehouden, waardoor de waardebepaling van de aandelen niet correct was. Zo zou de man bepaalde plannen, omzetprognoses en ontvangen subsidies niet aan de deskundige hebben verteld. Maar volgens de man, de deskundige én de voorzieningenrechter heeft de deskundige alles gekregen wat nodig was om de waarde van de aandelen te bepalen. Volgens de voorzieningenrechter is de waardering volgens een transparante procedure verlopen en was de deskundige op dit gebied competent, ook al bestrijdt de vrouw dat. Nu er geen redenen zijn om van het bindend advies af te wijken, geldt: bindend is bindend. De vrouw moet daarom haar aandelen binnen drie werkdagen na dit vonnis aan de man leveren tegen de prijs die is vastgesteld door de deskundige. Ook de dwangsom van € 5.000 per dag (met een maximum van € 200.000) als de vrouw hieraan niet voldoet wordt toegewezen.
Statutair bevoegd
Mag de vrouw vanaf de datum van het vonnis ook geen betalingen of rechtshandelingen namens de BV verrichten? Zo ver wil de voorzieningenrechter niet gaan. De vrouw is formeel nog bestuurder van de BV en is dus vennootschapsrechtelijk en statutair bevoegd om rechtshandelingen te verrichten. De man kan daar overigens zelf op korte termijn een einde maken: als hij enig aandeelhouder is geworden, kan hij de vrouw ontslaan als statutair bestuurder.
Ontslag als bestuurder
Op haar beurt wil de vrouw dat de man haar binnen 48 uur na betekening van dit vonnis in de gelegenheid stelt om haar gewone werk en haar taken als bestuurder te verrichten. Maar dit wijst de voorzieningenrechter af. Deze gaat ervan uit dat de man de vrouw ontslaat als bestuurder zodra hij daartoe als enig aandeelhouder zelfstandig kan besluiten. Dat is binnen drie werkdagen na de datum van dit vonnis. Dat betekent dat de resterende periode van het bestuurderschap van de vrouw dermate kort is, dat zij geen belang heeft bij haar vordering om weer in staat te worden gesteld om haar taken als bestuurder uit te oefenen.
Opzegging arbeidsovereenkomst
Het ontslag van de vrouw als bestuurder geldt ook als een opzegging van haar arbeidsovereenkomst. Zij heeft een opzegtermijn van zestien weken en is dus formeel nog gedurende die periode na haar ontslag als bestuurder in dienst bij de BV. De vrouw legt echter niet uit welk belang zij er bij heeft om haar werk te mogen blijven doen gedurende de opzegtermijn. Zolang de arbeidsovereenkomst voortduurt heeft zij wel recht op salaris, ook al worden haar aandelen overgedragen en wordt zij als bestuurder ontslagen.