Consultatie modernisering personenvennootschappen van start

modernisering_personenvennootschappen

Consultatie modernisering personenvennootschappen van start

De ministeries van Justitie en Financiën zijn bezig de Wet modernisering personenvennootschappen voor te bereiden. Deze wet moet ondernemers en beroepsbeoefenaars helpen bij het starten, voortzetten en beëindigen van hun bedrijfsactiviteiten. Daarvoor moet een nieuw wettelijk kader komen voor personenvennootschappen. Op dit moment loopt de consultatie over de beoogde wet. Die eindigt op 10 februari 2023.
 
De overheid wil met het ontwerpwetsvoorstel een duidelijke en eenvoudige regeling bieden die bijdraagt aan de zekerheid voor het handelsverkeer. Er worden daarbij waarborgen gecreëerd voor vennoten en schuldeisers. In het wetsontwerp komen zaken als de toe- en uittreding van vennoten aan de orde (dat wordt makkelijker), vertegenwoordiging van de personenvennootschap en de rechtsverhouding tussen de vennoten. Op dit moment zijn er drie personenvennootschappen: de vennootschap onder firma (vof), de maatschap en de commanditaire vennootschap.

Hoofdelijke verbondenheid

Het ontwerpwetsvoorstel moet het makkelijker maken ondernemingsactiviteiten te starten en te onderhouden. Het wordt ook eenvoudiger om goederen op naam van de personenvennootschap te zetten. De belangen van schuldeisers worden geborgd door het uitgangspunt van hoofdelijke verbondenheid van de vennoten voor schulden van de personenvennootschap.

Openbare en een stille personenvennootschappen

Het ontwerpwetsvoorstel maakt onderscheid tussen een openbare en een stille personenvennootschap. Elke openbare personenvennootschap heeft rechtspersoonlijkheid, een stille niet. De commanditaire vennootschap blijft bestaan. Voor het aangaan van een personenvennootschap en de verkrijging van rechtspersoonlijkheid door een openbare personenvennootschap hoeft de notaris niet meer te worden bezocht. Wel is een notariële akte vereist bij de omzetting van een openbare personenvennootschap in een rechtspersoon, en andersom. Reeds bestaande vof’s en maatschappen kunnen op grond van het overgangsrecht wel zichzelf zo blijven noemen. Dit en meer overgangsrecht is in de ontwerpinvoeringswet opgenomen.