20 sep Te vroeg betalen van factuur kan problemen opleveren
Als een factuur al wordt betaald voordat de betaaltermijn is verstreken, kan dat consequenties hebben indien er een faillissement volgt. Zo’n betaling is dan ‘onverplicht’ verricht en heeft mogelijk andere schuldeisers benadeeld. De kans bestaat dat de ontvanger moet terugbetalen.
Dat merkte een vennootschap die gebruik maakte van de diensten van een financieel adviesbureau. Ze sloten een overeenkomst van opdracht, wat inhield dat het adviesbureau de jaarrekeningen van de vennootschap zou samenstellen.
Betaaltermijn van twee weken
Als de bestuurder overlijdt, wordt besloten de activa van de vennootschap te verkopen. Het financieel bureau adviseerde hierbij. Het ging om twee deeladviezen. Voor het eerste advies werd € 22.029 in rekening gebracht, voor het tweede advies € 19.366. Voor beide facturen gold een betaaltermijn van twee weken maar ze werden al op de factuurdatum betaald. Nadien wordt het faillissement van de vennootschap aangevraagd.
Mondelinge opdracht
De faillissementscurator stelt vragen bij deze facturen. Er was alleen een opdracht tot het samenstellen van jaarrekeningen. Volgens het adviesbureau waren de opdrachten over de verkoop van de activa mondeling verstrekt. Daar neemt de curator geen genoegen mee: óf de facturen (of een deel daarvan) zijn onverschuldigd betaald, of er is sprake van paulianeuze rechtshandelingen. De curator vordert in totaal € 18.920 van het adviesbureau terug. Omdat het bureau dit weigert, stapt de curator naar de kantonrechter in de rechtbank Gelderland.
Onverschuldigde betaling
Daar betoogt de curator dat een deel van de facturen zonder rechtsgrond en dus onverschuldigd is betaald. Er was immers geen verbintenis die deze rechtvaardigt: de advieswerkzaamheden vielen niet onder de verstrekte opdracht tot het samenstellen van de jaarrekeningen. Dat er een mondelinge opdracht was, blijkt nergens uit. Het adviesbureau bestrijdt dit. Bij die mondelinge afspraak zou bovendien zijn overeengekomen dat de facturen direct moesten worden betaald, en dus niet binnen de standaard betalingstermijn van twee weken.
Faillissementspauliana
De kantonrechter laat de mondelinge overeenkomst even rusten, en onderzoekt eerst of sprake is van een ‘faillissementspauliana’. In zo’n geval worden rechtshandelingen verricht, doorgaans dicht voor het faillissement, die tot doel hebben een bevriende schuldeiser te bevoordelen en anderen te benadelen. In de Faillissementswet staan de eisen die worden gesteld aan een pauliana: de betalingen moeten onverplicht zijn gedaan, hierdoor zijn andere schuldeisers benadeeld, en de gefailleerde wist (of behoorde te weten) dat die benadeling zou optreden.
Wetenschap van benadeling
Volgens de kantonrechter waren de twee facturen ten tijde van de betalingen nog niet opeisbaar. Er is pas sprake van een verplichte rechtshandeling als een factuur wordt voldaan op of na het verstrijken van de uiterlijke betaaltermijn. In dit geval werden de facturen voldaan ruim voor de uiterste betaaldatum. De betalingen werden daarom onverplicht gedaan. Ook aan de tweede eis uit de Faillissementswet is voldaan: het adviesbureau is bevoordeeld ten opzichte van andere schuldeisers. Deze konden immers niet meer meedelen in deze bedragen. Tot slot wordt ervan uitgegaan dat de bestuurder wist van benadeling. Dat kan niet met zekerheid worden bewezen maar de wet gaat uit van een bewijsvermoeden: de wetenschap van benadeling wordt vermoed aanwezig te zijn geweest nu de betalingen van niet-opeisbare schulden hebben plaatsgevonden binnen een jaar voor faillietverklaring. Tegenbewijs is niet geleverd, zodat wetenschap van benadeling aanwezig was.
Terugbetalen
Opgeteld concludeert de kantonrechter dat de betaling van de facturen paulianeus is verricht. Dergelijke betalingen zijn vernietigbaar, het adviesbureau moet de facturen terugbetalen zoals de curator had gevorderd. Nu dit vaststaat hoeft de kantonrechter geen antwoord meer te geven over de vraag of er een mondelinge overeenkomst tot stand is gekomen over de advieswerkzaamheden.