
27 jun Cryptoplatform moet namen en adressen van frauderende gebruikers prijsgeven
Wie slachtoffer is van fraude en zijn cryptovaluta verloren ziet gaan, hoeft niet altijd te wanhopen. De rechtbank kan het cryptoplatform waarop de frauderende gebruikers actief zijn verplichten hun NAW-gegevens prijs te geven. Dan kan het slachtoffer hen aansprakelijk stellen.
Een man is slachtoffer van phishing en helpdeskfraude. Daarbij zijn z’n cryptovaluta (die € 320.000 waard waren) gestolen. Hij heeft een forensisch onderzoeksbureau ingeschakeld om de cryptovaluta vanaf zijn blockchainadres te volgen. Deze zijn gelokaliseerd bij depositoadressen van vier personen. Zij hebben hun eigen crypto ondergebracht bij een buitenlandse BV die als cryptoplatform fungeert.
Gebruikersaccounts
De man vraagt aan het platform om de gebruikersaccounts te bevriezen, om te zeggen welke activa daardoor worden getroffen en om de naam- en adresgegevens die bij de gebruikersaccounts horen. Het platform weet immers welke klanten zijn gekoppeld aan de crypto wallets, en heeft de gebruikersaccounts al tijdelijk geschorst vanwege het vermoeden dat deze personen zijn betrokken bij de fraude. Over deze kwestie wil de man een bodemprocedure starten maar vraagt eerst in kort geding om een voorlopige voorziening.
Inzagerecht
Vanwege de spoedeisendheid wordt de zaak door de voorzieningenrechter behandeld. De man maakt gebruik van zijn wettelijke inzagerecht. Om zijn vorderingen te kunnen toewijzen is het noodzakelijk dat degene die informatie van een ander verlangt partij is bij een rechtsbetrekking en dat de verlangde informatie voldoende bepaald is. Ook moet een partij een voldoende belang hebben bij het informatieverzoek en moet degene van wie inzage wordt verlangd over de gevraagde informatie beschikken.
NAW-gegevens verstrekken
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de man aannemelijk heeft gemaakt dat hij een voldoende belang heeft bij de NAW-gegevens van de personen achter de gebruikersaccounts. De man heeft die nodig omdat hij zonder deze gegevens geen bodemprocedure kan starten tegen de personen achter de geschorste gebruikersaccounts en hen dan niet aansprakelijk kan stellen voor de schade die hij heeft geleden. Daar komt bij dat het om een fraudezaak gaat, waarbij een aanzienlijk geldbedrag is ontvreemd. De belangen van de man wegen zwaarder dan het privacybelang van de nog onbekende gebruiker. Nu aan alle wettelijke voorwaarden is voldaan, moet het cryptoplatform de NAW-gegevens aan de man verstrekken.
Schorsen gebruikersaccounts
Moet het cryptoplatform ook de gebruikersaccounts van de vermoedelijke fraudeurs geschorst houden? Jazeker: de man heeft ook een spoedeisend belang bij een ordemaatregel waarmee de interne bevriezing van de gebruikersaccounts wordt bekrachtigd. Het is wettelijk gezien niet mogelijk om een bodemprocedure tegen onbekende rechthebbenden van de gebruikersaccounts te starten en de man wil voorkomen dat activa op de gebruikersaccounts in de tussentijd worden weggesluisd. Daarom heeft de man er een gerechtvaardigd belang bij dat de gebruikersaccounts nog enige tijd geschorst blijven.
Bevel
Wel moet de man binnen vier weken nadat hij de NAW-gegevens heeft verkregen een bodemprocedure tegen de vier personen aanhangig maken. Dit bevel eindigt ook vier weken na de dag van het in de bodemprocedure te wijzen vonnis in het geval dat de vordering van de man wordt afgewezen. Hiermee wordt naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende rekening gehouden met de belangen van de rechthebbenden van de gebruikersaccounts waarvoor het platform verantwoordelijk is.
Geldezels
Ook de vordering tot bekendmaking welke activa zijn getroffen wordt toegewezen, en tevens de vordering tot verzending van de activa ter vergoeding van de schade. De man heeft voldoende onderbouwd dat de kans klein is dat de onbekende gebruikers zelf verhaal bieden omdat bij dit type fraude vaak ‘geldezels’ worden ingezet door de fraudeurs, die zelf geen verhaal bieden en die ook niet altijd zelf degene zijn die ‘uitcashen’ en de buit in handen krijgen. Soms gaat het om personen die onder dwang handelen, mogelijk in jurisdicties waar Nederlandse vonnissen niet worden erkend, en ook identiteitsfraude komt voor, aldus de man. De rechtbank deelt die visie en wijst zijn vorderingen toe.