UBO’s moeten zich vóór 27 maart inschrijven

Watsonlaw_witwassen

UBO’s moeten zich vóór 27 maart inschrijven

Iedere UBO moet vóór 27 maart zijn ingeschreven in het UBO-register. Anders zijn ze in overtreding en kan een boete volgen.

Zo’n beetje iedere organisatie heeft een of meer UBO’s: Ultimate Beneficial Owners, mensen die er de uiteindelijke eigenaar van zijn of er zeggenschap over hebben. In Nederland gaat het om ruim 1,5 miljoen organisaties en minstens zo veel ‘uiteindelijk belanghebbenden’. Zij hebben meer dan 25 procent van de aandelen in een BV, een eigendomsbelang van meer dan 25 procent in een vof, of meer dan 25 procent stemrecht bij een statutenwijziging van een stichting.

Geldboete

Sinds 27 september 2020 moeten veel organisaties UBO’s inschrijven. Zij hebben hiervoor tot 27 maart 2022 de tijd. Als op 27 maart 2022 de UBO’s van hun organisaties niet zijn ingeschreven, zijn ze in overtreding. Bureau Economische Handhaving (BEH) van de Belastingdienst controleert hierop. Organisaties kunnen dan een geldboete of een taakstraf krijgen.

Witwaspraktijken

Met het UBO-register wil de overheid het financiële stelsel behoeden voor witwaspraktijken en terrorismefinanciering. Het UBO-register maakt transparanter wie een belangrijke positie inneemt bij organisaties die in Nederland zijn opgericht. Zo kunnen mensen hun financieel-economische criminaliteit niet meer verhullen achter Nederlandse organisaties. Anderen kunnen, nadat ze het UBO-register hebben geraadpleegd, beter inzien met wie ze zaken doen. Een deel van de UBO-gegevens is immers openbaar, voor iedereen. De geboorteplaats, geboortedag en het woonadres van een UBO kunnen echter niet worden ingezien. Daar kunnen sommige autoriteiten – zoals het Openbaar Ministerie – wel bij. Ook als een UBO minderjarig is of onder curatele of bewindvoering staat, dan kunnen de persoonsgegevens worden afgeschermd. Het belang dat een UBO in een organisatie heeft is bijna altijd in te zien.

Kamer van Koophandel

Europese regels hebben bepaald dat er een UBO-register moet komen en elke EU-lidstaat moet dat bijhouden. In Nederland is het beheer van het UBO-register belegd bij de Kamer van Koophandel. Daar moeten UBO’s worden aangemeld, meestal kan dat online.

Welke organisaties moeten hun UBO’s inschrijven?

In Nederland moeten organisaties met de volgende rechtsvormen hun UBO’s inschrijven: niet-beursgenoteerde BV’s en NV’s, stichtingen, verenigingen, onderlinge waarborgmaatschappijen, coöperaties, personenvennootschappen (maatschappen, vennootschappen onder firma en commanditaire vennootschappen) en rederijen. Dat geldt ook voor Europese naamloze vennootschappen (SE), Europese coöperatieve vennootschappen (SCE) en Europese economische samenwerkingsverbanden die volgens hun statuten hun zetel in Nederland hebben (EESV). De verplichting geldt nog niet voor kerkgenootschappen maar dat is een kwestie van tijd.

Welke organisaties hoeven UBO’s niet in te schrijven?

Eenmanszaken hoeven geen UBO in te schrijven. Dat geldt ook voor beursgenoteerde BV’s en NV’s, hun 100 procent dochters, verenigingen van eigenaars, rechtspersonen in oprichting, verenigingen met beperkte rechtsbevoegdheid die geen onderneming drijven, publiekrechtelijke rechtspersonen en historische rechtspersonen (zoals gilden en hofjes). Buitenlandse rechtspersonen, zoals een Ltd of GmbH, en buitenlandse rechtspersonen die alleen vestigingen in Nederland hebben (‘branch offices’) hoeven geen UBO’s in te schrijven in Nederland. Dat moeten ze in het land van oprichting doen.