13 dec Bank schendt haar zorgplicht niet
Een melkveehouder wil haar bedrijf uitbreiden en vraagt haar bank om extra financiering. Die wil daaraan niet meewerken. Verzaakt de bank haar zorgplicht?
Onlangs besliste de Rechtbank Midden-Nederland hierover. Een melkveehouder wil fors meer koeien gaan houden. Dat gebeurt net in de periode dat de overheid het stelsel van fosfaatrechten wil invoeren en daarmee een verdere groei van de veestapel wil tegengaan. De melkveehouder kan alleen uitbreiden wanneer (extra) fosfaatrechten worden gekocht. Daarvoor is een aanvullende financiering nodig, die de bank niet wil verstrekken.
Vervroegde aflossing
Als de melkveehouder een andere financier vindt die wel de aankoop van fosfaatrechten wil financieren, lost de melkveehouder zijn lening bij de bank vervroegd af. De bank brengt daarvoor een vergoedingsrente van € 51.536 in rekening. Dat bedrag vordert de melkveehouder bij de rechtbank Midden-Nederland terug met als reden dat de bank in strijd heeft gehandeld met de op haar rustende zorgplicht.
Zorgplicht
Volgens vaste rechtspraak hebben banken, vanwege hun maatschappelijke functie, een bijzondere zorgplicht. Ze moeten klanten beschermen tegen het gevaar van een gebrek aan kunde en inzicht of van eigen lichtvaardigheid. Zo kan een bank klanten waarschuwen voor bepaalde risico’s bij het aangaan van een kredietovereenkomst. Het fosfaatbeleid was zo’n risico.
Belangen van de klant
Was de bank wel zorgvuldig en werd voldoende rekening gehouden met de belangen van de klant, zoals de Algemene Bankvoorwaarden eisen? Jazeker, aldus de rechtbank. De bank heeft vaak met deze melkveehouder overlegd, steeds voorstellen gedaan en scenario’s geschetst – niet alleen om de aflossing van de financiering te verzekeren maar ook om de continuïteit van de melkveehouderij te waarborgen. De bank zag zelfs af van een verhoging van de risico-opslag, die feitelijk wel nodig was. De bank heeft daarmee voldoende oog gehad voor de belangen van melkveehouder.
Einde kredietrelatie
Dat de bank niet bereid was om in te gaan op het voorstel van melkveehouder om de gehele aankoop van fosfaatrechten te financieren, levert geen schending van de zorgplicht op. Op grond van de bestaande kredietovereenkomst hoeft de bank die financiering niet te verstrekken. En het niet verstrekken van een extra lening houdt geen beëindiging van de kredietrelatie in. Daar koos de melkveehouder zelf voor.
Vergoedingsrente
Dat de bank daarvoor een vergoedingsrente wil is niet in strijd met de redelijkheid en billijkheid, zoals de melkveehouder stelt. Daarvan is pas sprake als die aanspraak ‘onaanvaardbaar’ is, en dat is hier niet het geval. De melkveehouder is niet onder dwang van de bank overgestapt naar een andere financier. Dat was een eigen keuze, daarom moet zij de vergoedingsrente betalen, zoals ook in de eerder aangegane kredietovereenkomst was afgesproken.