Rechter verplicht schuldenaar om inzicht te geven in bijzondere hypotheekconstructie

Watsonlaw_beslag_Bloemenveiling

Rechter verplicht schuldenaar om inzicht te geven in bijzondere hypotheekconstructie

Een schuldeiser kan zich op alle goederen van zijn schuldenaar verhalen, behalve als de wet of een overeenkomst anders bepaalt. In de praktijk blijkt het toch een stuk lastiger te zijn voor een schuldeiser om zich te verhalen op de vermogensbronnen van zijn schuldenaar. Een schuldenaar kan vermogen namelijk vrij gemakkelijk buiten het zicht van zijn schuldeisers houden. Dat blijkt ook uit de zaak waarin Bloemenveiling Royal FloraHolland al sinds 2018 probeert om 6,4 miljoen euro te verhalen op een voormalig medewerker.

Informatieverplichting schuldenaar

Een schuldenaar heeft een informatieverplichting die voorkomt uit de algemene beginselen van redelijkheid en billijkheid, het algemene beginsel van procesrecht en art. 475g lid 1 Rv. Op grond van artikel 475g lid 1 Rv heeft de schuldenaar de uitdrukkelijke verplichting om, op verzoek van een deurwaarder die gerechtigd is beslag te leggen, opgave te doen van bronnen van inkomsten.

Procedure Bloemenveiling

In 2019 bleek dat een medewerker van de Bloemenveiling Royal FloraHolland een grote hoeveelheid metalen stapelwagens had verduisterd. Hij werd in 2018 veroordeeld tot betalingen van € 6.400.000,- aan de Bloemenveiling. De Bloemenveiling probeert dit bedrag te verhalen op het echtpaar. Omdat dit niet lukt is er een nieuwe procedure gestart waarin de Bloemenveiling het echtpaar wil bevelen om geen goederen aan het verhaal te onthouden of te onttrekken en opgave te doen van inkomsten en vermogen, op straffe van een dwangsom. De voorzieningenrechter wees de vordering toe. Het echtpaar ging in beroep bij het gerechtshof.

Inkomsten

Het echtpaar zegt te beschikken over een AOW-uitkering, een woonhuis met omringende grond en diverse opstallen en nog een woning. De onroerende zaken vertegenwoordigen geen overwaarde omdat het echtpaar in 1996 een hypotheek heeft verstrekt aan een Amerikaanse vennootschap. De accountant van het echtpaar is de bestuurder van deze vennootschap. Er wordt geen rente of aflossing betaald op deze hypotheek. Daarnaast is er in 2014 een pandrecht op hun roerende zaken verstrekt door het echtpaar, aan de boekhouder. Daarmee zijn deze zaken ook aan verhaal onttrokken.

Volgens de Bloemenveiling bestaan er redenen om te twijfelen aan de juistheid van de door het echtpaar verstrekte informatie. Het gerechtshof is het daarmee eens, omdat er aanwijzingen zijn dat de door het echtpaar gegeven informatie niet compleet is. Zo blijkt uit de bankafschriften van het echtpaar dat er afschrijvingen zijn die wijzen op bedrijfsmatige activiteiten. De tweede woning op het erf van het echtpaar was verhuurd in 2018, de Bloemenveiling wil weten of het echtpaar nog steeds inkomsten uit huur ontvangt. Daarnaast wil de Bloemenveiling antwoord krijgen op vragen over de achtergrond en de reden van het opzetten van de ongebruikelijke hypotheekconstructie.

Vonnis

Volgens het gerechtshof is het echtpaar onvoldoende bereid om mee te werken aan het verkrijgen van een compleet beeld van de verhaalsmogelijkheden van de Bloemenveiling. Het echtpaar is dit echter op grond van de wet wel verplicht. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden bepaalde dat het echtpaar informatie moet verstrekken aan de Bloemenveiling over hun inkomsten en de hypotheekconstructie met de accountant.